• Glazige blikken: 'Je speelt..... wat?'

    Henk gaat nu vrijwillig naar buiten

    Gamers bleke jongens die zich eenzaam opsluiten op hun kamer, waar ze gesterkt door Red Bull en pizza, de strijd aangaan met virtuele vijanden? De nieuwste game van Google is anders. Voor Ingress moet je met je mobieltje naar buiten. Winnen doe je alleen met je teamgenoten. In het echt. Op straat.

    Een van de spelers in Groningen is Henk de Roos. Mensen kijken hem vaak glazig aan als hij vertelt over zijn hobby. ‘Je speelt wát?’

    De 25-jarige geschiedenisstudent wist zelf ook niet precies waar hij aan begon, toen hij zich een paar maanden geleden aanmeldde voor de game. Hij las erover op het blog Tweakers. ‘Er stond iets over een augmented realityspel waar Google aan werkte. In november kwam het spel uit en ben ik het gaan spelen.’

    Augmented reality houdt in dat het spel een extra laagje over de werkelijkheid heen plakt. Bij Ingress loop je gewoon door de stad, maar in de game is die werkelijkheid net iets bijzonderder gemaakt. Markante plekken in de stad, zoals standbeelden, vormen zogenaamde portals. Het standbeeld van Aletta Jacobs voor het Harmoniegebouw is er bijvoorbeeld eentje. Maar ook  het beeld van de violist bij het Goudkantoortje. Het doel van het spel is om verschillende portals te veroveren en aan elkaar te koppelen. Heb je er drie verbonden, dan is het gebied daarbinnen in handen van jouw team. Het spelen doe je allemaal op je mobiel, in een Google Maps-achtige vormgeving.

    Pielen op je mobieltje

    Wie aan het spel begint, moet direct kiezen bij welk team hij of zij wil horen: The Resistance of The Enlightened. Henk koos voor het laatste team. ‘Toen ik net begon was heel Groningen in handen van The Resistance. Ik zat met een paar teamleden te chatten op Google+ toen iemand zei: “Dit kan zo niet langer, zullen we zaterdag de stad in om hun portals te veroveren?’

    Dus daar stond ik, op een zaterdagmiddag met drie vreemden op mijn mobieltje te pielen bij een standbeeld.’ Hij lacht. ‘Ik dacht nog: Wat doe ik hier in vredesnaam. Waar ging het mis? Het was wel grappig, want toen ik met het spel begon, had ik voor mezelf besloten dat ik het alleen zou doen als ik tijd over had of even op iemand moest wachten. En toch stond ik daar opeens.’

    Game en werkelijkheid

    De ontmoetingen met medespelers maakt het spel extra leuk, vertelt Henk. Al is het soms ook wel een beetje aftasten. ‘Laatst had ik met iemand afgesproken in de stad, omdat ik wat digitale wapens over had. Ik stond op de afgesproken plek, maar zag alleen een meisje op een bankje zitten. Ik dacht: Ik kan wel op haar afstappen en vragen of ze Ingress speelt, maar straks is zij het niet en wordt het awkward. Maar toen kreeg ik een berichtje via de chat: “Ik zit op het bankje”.’

    Hebben ze verder nog wat afgesproken? ‘Nee, ik heb geen smeuïg verhaal voor je. We hebben gewoon wat gekletst en portals gehackt (veroverd). Maar die vermenging van spel en werkelijkheid is wel interessant. Zouden mensen door het spel verliefd worden? Zou iemand wel eens een mobieltje uit iemands handen hebben gerukt om een portal te beschermen? De game heeft sowieso iets voor elkaar gekregen wat normaal gesproken bijna niemand lukt: ik ga vrijwillig naar buiten. Soms zelfs terwijl het regent. Ik fiets kilometers om alleen maar een portal te hacken.’

    Nerdy

    ‘Als ik over het spel vertel, kijken mensen me vaak aan met een blik van: ‘Nerd’. Maar dat vind ik niet erg, laat ze maar lekker. Als je ergens vroeg bij bent, ben je altijd eerst een nerd. Daar komen ze wel van terug, dat was met smartphones ook zo. Daar was ik ook vroeg mee en toen vonden mensen dat gek, maar nu zijn smartphones helemaal niet nerdy meer. Als Ingresss wat bekender wordt, is het misschien wel het minst nerdy spel dat bestaat.’