• Alain

    Padvinder

    Mijn collegaatje is padvinder. Ze wordt altijd boos als ik dat zeg. ‘Het is scouting.’

    Ik snap het verschil niet. Iets met one-issue en spoorzoeken. Maar laten we eerlijk zijn: in de twintig is broodjes bakken au feu de bois, oud-Hollands touwknopen (onmisbaar die paalsteek) en Roodkapje naspelen in een boomhut in het Dronterbos verworden tot zuipen rond een kampvuur (aangestoken zonder prehistorisch vuursteentjesgepruts).

    Zo’n padvinder aan mijn zij is heftig. Het heetste hangijzer is het hijsen van de Nederlandse vlag.

    Zonder ceremoniële poespas haak ik onze driekleur aan de paal. Als teken dat we geopend zijn. Niet ter ere van volk en vaderland. ‘Hó hó, eens even’ sneert ze en ik krijg een trap tegen m’n kont. ‘De vlag raakt de grond.’

    Nou en?

    Vlaggen zijn wapperende identiteitskaarten. Hét symbool van trots voor de Fransen. Parijs is een vlaggenwalhalla met bonma’s die in hun paarsblauwe plastic bloemenschortje bijna van het balkonnetje kukelen om de vlag te strijken.

    In Antwerpen merk ik het omgekeerde. De nationale vlag? Nee! Volgens mijn Vlaamse vrienden is Koning Albert de enige Belg. Dan die nikszeggende Antwerpse ‘A’? Of toch de manke Vlaamse Leeuw?

    Uit wanhoop rijzen de Europese sterren de mast in. Een zware identiteitscrisis.

    Terug naar Nederland. ‘Ik leer vijfjarigen al dat een vlag nóóit de grond mag raken. Nu moet je ‘m verbranden’, zegt ze op zo’n betweterig padvindertoontje. Is een puntje op het gras zulk landsverraad dat de hens erin moet?

    Volgens mij is ze een beetje van het padje. Hoe die terug te vinden weet ze gelukkig. Daar is ze padvinder voor.

    Alain Dekker is 4e jaars klinisch moleculaire neurowetenschappen en doet momenteel aan de Universiteit Antwerpen onderzoek naar Alzheimer. Deze week was hij even terug in eigen land om te schipperen op het Zalkerveer.

    Foto Reyer Boxem