‘Met dit klimaat zal het onmogelijk worden om de academische vrijheid en de waarden van onze universiteit te waarborgen’, schrijft Wagenaar in een brief aan het universiteitsbestuur, de decanen en de universiteitsraad. Hij vraagt ze de plannen voor de zustercampus in Yantai te heroverwegen. ‘We mogen onze ogen niet sluiten voor de huidige tendens in China naar een steeds grotere repressie’, schrijft hij.

De student van de researchmaster modern history maakt zich zorgen om de waarde van zijn diploma als de RUG zich vestigt in China. ‘Ons prestige of inkomsten zullen wellicht vergroot worden met buitenlandse vestigingen, maar beide zijn uiteindelijk gestoeld op het behoud van onze intellectuele integriteit. Als dat in gevaar komt, wordt prestige beruchtheid, met alle gevolgen van dien’, vervolgt hij.

RUG-voorzitter Sibrand Poppema ondertekent een memorandum van overeenstemming in bijzijn van koning Willem-Alexander en de Chinese president Xi Jinping. Foto door ANP / Koen van Weel

Censuur

Wagenaar verwijst naar een artikel van magazine The New York Review of Books, waarin het waarschuwt voor toenemende censuur in China en de onderdrukking van journalisten en kritische hoogleraren. Hij zegt een ‘beroep op de wijsheid’ van het universiteitsbestuur te doen, in de hoop dat ze van hun plannen afzien.

Volgens RUG-woordvoerder Gernant Deekens heeft het RUG-bestuur de brief ontvangen. ‘Het college van bestuur waardeert de betrokkenheid van de student en zal inhoudelijk naar hem reageren.’

In maart werd in de universiteitsraad nog gesproken over de banden met China, Japan, Brazilië en Saoedi-Arabië. De Personeelsfractie riep het universiteitsbestuur op om goed op de mensenrechtensituatie in China en Saoedi-Arabië te letten. Rector magnificus Elmer Sterken zei toen: ‘We werken samen met de universiteiten, niet de overheden.’

Rond de herfst wil het universiteitsbestuur een update publiceren over de internationale strategie van de RUG.