Met de video wil de universiteit aan haar medewerkers en studenten laten zien hoe Yantai en het gebied rond de campus eruitzien. ‘Mensen hebben er allerlei voorstellingen van, maar bijna niemand is nog in Yantai geweest. Mensen denken aan Peking en aan grijze lucht, maar de werkelijkheid is heel anders’, zegt universiteitsbestuurder Sibrand Poppema.

De opnames voor de promotievideo zijn in september door marketingbureau Sensu gemaakt in samenwerking met de communicatieafdeling van de RUG. ‘We hebben er drie en een halve dag geschoten en hebben zo’n zes uur aan materiaal. Dit is een eerste video van ongeveer vier minuten’, vertelt RUG-woordvoerder Gernant Deekens.

Meer video’s

Met het materiaal worden binnenkort meer video’s over de campus in Yantai gemaakt. De films zijn onderdeel van een campagne om medewerkers en studenten voor de branchcampus te werven. ‘We gaan nog een video over de stad en campus maken, waarin we ook in een animatie laten zien welke gebouwen er nog worden gebouwd of aangepast’, vertelt Deekens.

Wat de video heeft gekost weten ze niet. ‘Maar ook deze video is, net als al het voorbereidend werk voor de campus, uit private middelen betaald’, zegt Poppema.

Beslissing in april

Het memorandum van overeenstemming dat de RUG heeft opgesteld, een uitwerking van de overeenkomst die de universiteit ondertekende met de stad Yantai en de Chinese landbouwuniversiteit, is door de Raad van Toezicht goedgekeurd. Het document is maandagavond naar China gestuurd. Zodra de overeenkomst is vertaald in het Chinees gaat het voor instemming naar de provincie Shandong en vervolgens naar het Chinese ministerie van Onderwijs. Verwacht wordt dat het ministerie in maart z’n goedkeuring zal geven, waarna de RUG in april definitief kan beslissen of de campus wordt gestart.

‘Als ze instemmen gaan we door. En als ze het terugsturen met bepaalde voorwaarden, dan zeggen we: ‘zo niet’. We gaan uit van instemming, maar je weet het nooit zeker’, zegt Poppema.

Bedrijfsleven geïnteresseerd

De RUG-voorzitter heeft ondertussen vijf Nederlandse bedrijven gevraagd of ze willen meebetalen aan de campus. Ondernemingen die investeren in Yantai krijgen invloed op het onderzoek dat er wordt gedaan. ‘Drie bedrijven hebben aangegeven dat ze meedoen, waaronder Unilever en Friesland Campina. Twee bedrijven zijn heel enthousiast’, aldus Poppema. ‘De bedrijven zijn erg geïnteresseerd in de mensen die we er opleiden, mensen die de Chinese en westerse cultuur kennen en westers zijn opgeleid. Ik was verbaasd over hoe ‘makkelijk’ het ging. Maar ik realiseer me nu dat we in China iets heel anders doen dan hier. Hier zijn we een van de tweehonderd universiteiten waarmee ze kunnen samenwerken. Daar zijn we de enige Europese continentale branchcampus en de enige met grote onderzoeksfaciliteiten.’

‘Niet voor of tegen’

De faculteiten Economie & Bedrijfskunde (FEB) en Wiskunde & Natuurwetenschappen (FWN) moeten de onderwijscurricula voor de campus in Yantai voorbereiden.

Onlangs heeft de faculteitsraad van FEB een brief gestuurd naar de universiteitsraad, waarin de raad schrijft dat diens kritiek op de plannen niet goed werd weergegeven in de media. ‘De Yantai-discussie wordt steeds meer gedomineerd door voor-versus-tegen-terminologie. We vinden het jammer dat er zo zwart-wit gesproken wordt. Laat duidelijk zijn, we zijn nooit ‘Yantai-fanatici’, noch ‘dogmatische tegenstanders’ geweest’, aldus de faculteitsraad.