Spinozaprijs voor Theunis Piersma

Theunis Piersma, hoogleraar Trekvogelecologie aan de RUG, krijgt de Spinozapremie, de hoogste onderscheiding in de Nederlandse Wetenschap.

Piersma mag de NWO-premie van 2,5 miljoen euro vrij besteden aan zijn onderzoek. Hij is ontzettend blij: ‘Deze prijs betekent waardering voor ons werk, het is een hele eer.’

Eerdere winnaars

De Spinozaprijs wordt toegekend aan onderzoekers die tot de absolute wereldtop behoren. Eerder vielen de Groninger hoogleraren George Sawatsky (1996), Dirkje Postma (2000) en Ben Feringa (2004) in de prijzen.

Theunis Piersma is echt een kind van de RUG. Hij studeerde in Groningen, promoveerde er en werd elf jaar geleden benoemd tot hoogleraar Dierecologie. Twee jaar geleden kreeg hij de nieuwe leerstoel Trekvogelecologie, ingesteld door universiteit, Wereld Natuur Fonds en de Vogelbescherming.

Als student leidde hij al een onderzoeksexpeditie naar Mauretanië. Na zijn promotie werd hij onderzoeker bij de RUG en bij het NIOZ Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee. In 2009 werd Piersma lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW).

‘Als ze fouten maken, zijn ze er geweest’

Piersma: ‘Trekvogels doen hele ingewikkelde dingen. Ze bereizen de wereld op fascinerende manieren. En ze maken keuzes. In de loop van de seizoenen kiezen ze niet slechts hun plekken, maar ook de momenten waarop ze van de ene naar de andere plek trekken, vaak vele duizenden kilometers verderop. Als ze fouten maken, dan zijn ze er geweest.’

De verscheidenheid aan soorten in de natuur, de biodiversiteit, staat onder grote druk. In een door mensen gedomineerde wereld hebben vooral de soorten nog kansen die zich kunnen aanpassen aan de snelle veranderingen. Wat bepaalt het vermogen tot aanpassing? Trekvogels  belichamen dát deel van de biodiversiteit dat ons land verbindt met een groot deel van de rest van de wereld. Zij zijn een goed model om het flexibiliteitsprobleem te onderzoeken.

‘Ik omarm de groezeligheid’

In een filmpje op de RUG-website vertelt Theunis Piersma dat de laatste 50 jaar de nadruk van biologisch onderzoek te veel lag op de genen en dat de rol van de omgeving – zelfs in de ecologie – werd onderschat. Deze overwegend exact-wetenschappelijke benadering is beperkend. ‘De ecologie heeft veel meer groezeligheid, dan de exact-ogende DNA-kunde. Maar ik vind het fantastisch om die groezeligheid juist te omarmen en daar dan toch de grote lijn in te vinden,’  aldus Piersma.


 

06-06-2014