Daklozen uitgelachen door ‘die rotjongens’

 

Academieplein, 1:05u ’s nachts. Het is donker en stil. Een paar overgebleven fietsen staat eenzaam in de rekken. Op de trappen zitten een paar daklozen bij elkaar. Eén van hen vertelt over zijn omgang met studenten: ‘Soms word ik wel uitgelachen door een paar van die rotjongens. Maar daar leer je wel mee omgaan. Ik trek mij er niets meer van aan.’

Acht uur later staat het plein vol met fietsen. Met boeken in de hand pendelen studenten tussen het Academiegebouw en de Universiteitsbibliotheek, die vroeg op de ochtend alweer helemaal vol zit.

Ongenuanceerd

Studenten kennen ze wel: de moppentapper, die in ruil voor een kleine bijdrage zijn nieuwste grappen openbaart, of de witharige mondharmonica muzikant, die ieder gesprek aangrijpt om zijn kritiek te uiten op het kapitalisme. Maar wat denken studenten nu eigenlijk over dakloze mensen?

‘Ons beeld is ongenuanceerd en eenzijdig’, denkt Tim van Dijken. Daklozen zouden lui zijn en profiteren van een uitkering of de bijstand. ‘De werkelijkheid is complexer. Achter zo’n persoon schuilt meestal een bijzonder verhaal. Veel mensen weten dat niet.’

Rondje UB

Een rondgang door de UB maakt duidelijk dat studenten in elk geval geen idee hebben om hoeveel mensen het gaat. Vijftig? Honderd? Driehonderd?

Maar volgens de daklozenmonitor van de gemeente Groningen zijn het er veel meer. Eind 2011 waren het er rond de 850.

Geschiedenisstudent Adriaan  (21) vindt de ontmoetingen met daklozen lastig. ‘Met het fenomeen dakloosheid word je niet graag geconfronteerd. Ik vind het niet leuk als ik ’s avonds tijdens het uitgaan word aangesproken door een bedelaar.’

Geld in ruil voor een fiets

En geld geven? Ja, in ruil voor een fiets, geven sommigen dapper toe. Toch zijn de meesten daar principieel op tegen. ‘Fietsenheling kan echt niet. Maar het is ook uit eigenbelang: als ik gepakt wordt met een gestolen fiets, zit ik flink in de nesten’, legt Silke Mous (22) uit. Maar ze is niet de enige: eenderde van vijftig ondervraagde studenten koopt wel eens een fiets van een dakloze.

Straatkrant

Af en toe geeft ze geld. ‘Maar ik zou niet snel geld geven aan iemand met een valse viool. Verkopers van een straatkrant verdienen dat wel. Zij doen hun best om iets te maken van hun leven. Dat is anders dan iemand die gewoon zijn handje ophoudt.’

Haar nuchtere opvatting weerspiegelt die van de gemiddelde student. Natuurlijk zijn daklozen het slachtoffer van een ingewikkelde situatie. Toch moeten ze vooral op eigen kracht het leven op straat achter zich laten, verslaafd of niet. Geen steuntje in de rug? ‘Jawel, we kunnen ze in deze koude wintermaanden niet negeren’, vindt Adriaan.

 

18-12-2013