Brak trainen op de sportmarkt

Nog brak van de nacht vol bier, betreedt Jaimy Vos de sportmarkt van de KEI-week bij het sportcentrum van de Aclo.

De eerstejaars student filosofie uit Tweede Exloërmond vindt zichzelf een echte sportieveling: in de wirwar van paaldansen, schermen en boksen kiest Vos een paar sporten uit om te proberen.

Op de judomat voelt hij zich in zijn element. Hij noemt het zijn ‘eerste liefde’ – hij doet het al zeven jaar. Hij maakt zich met enig wrikken zo los uit de greep van het judo-meisje dat bovenop hem zit.

Lange nacht

Vos is misschien sportief, maar het is al snel duidelijk dat het een lange nacht was. Zijn gaap onderbouwt hij lachend: ‘Ik was vanochtend om half 7 pas thuis.’

De brakheid houdt hem echter niet tegen: ‘Ik ben benieuwd wat het aanbod van sporten is. Ik sta overal voor open.’

Sportmarkt1

Judo is voor Vos dus oude koek, maar roeien niet. Met argusogen kijkt hij naar de meiden die op de ergometer tekeer gaan, maar toch stapt hij zonder schroom op het apparaat. Na een korte uitleg gaat hij van start.

Het meisje voor hem verheft haar stem: ‘Opgelet? GO!’

Roeien

Vos rukt het handvat zo enthousiast naar zich toe dat hij meermaals naast de ergometer belandt. Toegeschreeuwd door het team van Gyas bereikt hij de finish. Het resultaat: 250 meter in 50 seconden. ‘Niet slecht’, vindt hij. ‘Dit heeft zeker wel wat.’

Sportmarkt2

Ook al heeft hij stiekem zijn club al te pakken, toch gaat hij nog naar golf. ‘Een cirkel maken dus’, zegt hij tegen de begeleider, terwijl hij vragend naar de stok in zijn handen kijkt. Na wat gezwaai weet hij de bal een flink eind over het veld te krijgen, wat tot angstige gezichten leidt van de mensen die in het veld staan.

De balans

Vos maakt de balans op. ‘Ik vond alles leuk’, zegt hij enthousiast, ‘maar judo blijft mijn eerste liefde. Ik overweeg bij de Mattenkloppers te gaan.’ Dat is de Groningse judovereniging. Het roeien staat op de tweede plek. ‘Golf is te rustig’, meent Vos.

En nu? Drinken dus! Of de brakheid al uitgewerkt is, maakt Vos niet uit. Voor hem staat al vast wat het moet worden. ‘Het is altijd tijd voor bier’, lacht hij.

 

13-08-2014