Hoogleraar onder vuur

Een hoogoplopend meningsverschil tussen getuigen-deskundigen heeft geleid tot aangifte van smaad, en klachten bij het medisch tuchtcollege en het RUG-bestuur over bijzonder hoogleraar klinische farmacologie Anton Loonen. 

Loonen vindt echter dat zijn collega’s Selma Eikelenboom en Peter Gøtzsche ‘te kort door de bocht’ redeneren, wat de belangen van beklaagden kan schaden.

De ruzie tussen wetenschappers gaat over de oorzaak van enkele geruchtmakende moordzaken, waaronder die van Ids I., die zijn ex-vrouw, haar vriend en vriendin neerschoot en daarvoor een gevangenisstraf van 24 jaar uitzit.

Ids I. gebruikte antidepressiva op het moment van de moord. Ernstige agressie is een bekende, maar zeldzame bijwerking van de medicijnen. De vraag is echter: was hij ontoerekeningsvatbaar? Ofwel, waren de pillen de enige oorzaak van zijn plotselinge agressie?

Direct verband

‘Dat laatste wordt geëist in het Nederlandse rechtssysteem’, zegt Loonen. ‘Daarin is Nederland erg streng.’ Medicatie kán wel een doorslaggevende factor zijn, aldus de hoogleraar. Maar je kunt in individuele gevallen niet met zekerheid beweren dat er een exclusief en direct causaal verband bestaat tussen medicatie en agressie, vindt Loonen.

Twee andere bekende getuige-deskundigen, forensisch arts Eikelenboom en de Deense hoogleraar Gøtzsche, denken daar anders over. ‘Zij hechten te veel waarde aan bepalende factoren die een verband suggereren’, zegt Loonen. ‘Maar dat is te kort door de bocht.’

Hij doelt hierbij onder andere op een dna-afwijking die ervoor zorgt dat de medicijnen bij sommige mensen minder goed worden afgebroken, waardoor ze te hoge spiegels van antidepressiva in hun bloed krijgen.

Verwarring

Het verschil van inzicht tussen de deskundigen leidt tot verwarring bij de rechters, stelt Loonen. ‘En die verwarring heeft er in één concrete zaak toe geleid dat de verdachte geen strafvermindering kreeg en tot 24 jaar gevangenis is veroordeeld.’ Onterecht streng, vindt hij. ‘De rapportage van mevrouw Eikelenboom legde de nadruk op verkeerde fenomenen.’

Door die nadruk werd er geen vrijspraak verleend, want er zou geen sprake zijn van een ongeluk, maar ook de strafvermindering wegens verminderde toerekeningsvatbaarheid ging van tafel. En dat is kwalijk, vindt Loonen.

Hij vindt dat Ids I. onrecht is aangedaan. Vandaar dat hij pleit voor meer onderzoek naar de relatie tussen antidepressiva en psychoses. ‘Ik hoop dat we een discussie op gang kunnen brengen. Het is toch vreemd dat als iemand met een draaiende kettingzaag in zijn hand flauwvalt en iemand ernstige schade toebrengt, hij wordt vrijgesproken omdat het een ongeluk is, maar als iemand in een psychose raakt door medicijnen en daardoor de overtuiging heeft dat hij niet alleen zelf dood moet, maar ook zijn vrouw en kinderen, dat hij dan voor jaren de cel in moet? Dat klopt niet.’

Zware kritiek

Volgens een artikel in de Volkskrant leverde Loonen zware kritiek op zijn collega-deskundigen in rapportages aan de rechtbank. Van Eikelenboom zou hij gezegd hebben dat ze ‘wellicht niet over voldoende brede wetenschappelijke kennis beschikt’. Over Gøtzsche zou hij hebben gezegd: ‘Ik heb hem nooit onderzocht, maar als professional zeg ik: dat zou wel moeten gebeuren.’

Loonen wil hierop niet reageren, omdat de rapportage onder de geheimhoudingsplicht van een getuige-deskundige zou vallen.

Het universiteitsbestuur heeft de klacht van Gøtzsche ontvangen en zal daarop reageren, zegt RUG-woordvoerder Gernant Deekens. ‘Maar de heer Loonen is getuige-deskundige op persoonlijke titel’, benadrukt Deekens. ‘Dat betekent dat de RUG niet verantwoordelijk is voor wat hij in die functie doet.’

 

Update 21/4/2016

Selma Eikelenboom bevestigt dat ze aangifte heeft gedaan van smaad en laster tegen Loonen. Hij noemde haar namelijk geen ‘charlatan’ in vertrouwelijke processtukken, maar tegen journalisten van het Brabants Dagblad. ‘Hij probeert me publiekelijk aan de schandpaal te nagelen en dat ga ik niet nemen’, zegt ze.

Ze ontkent dat ze het causale verband tussen antidepressiva en agressie te eenvoudig voorstelt. ‘Er zijn allemaal factoren: het soort medicatie, de omstandigheden, dna… Die kunnen allemaal een rol spelen. Als getuige-deskundige moet ik die context zo goed mogelijk schetsen. Het is de rechter die beslist of het causale verband voldoende bewezen is.’

20-04-2016