Promotiestudenten zijn echt geen werknemers

Promotiestudenten zijn geen werknemers. Dat is het oordeel van het Gerechtshof in Leeuwarden na een proces van drieënhalf jaar.

Het hof deed woensdag eindelijk uitspraak in de zaak die vakbond AbvaKabo namens veertien beurspromovendi had aangespannen tegen de RUG. De kantonrechter oordeelde in 2009 dat beurspromovendi werknemers zijn. De universiteit was het daar niet mee eens en ging in hoger beroep bij het hof.

Gezagsverhouding

Dat gaat nu tegen het oordeel van de rechtbank in. Er is weliswaar sprake van arbeid en de beurs die de promotiestudenten ontvangen hangt zo nauw samen met het verrichte wetenschappelijk onderzoek dat het moeilijk anders kan worden gezien dan als loon. Maar, zegt het hof, omdat er geen gezagsverhouding is tussen de universiteit en de bursalen, is er toch geen sprake van een arbeidsovereenkomst.

De RUG werkt al jaren met aio’s en beurspromovendi en stelt dat hun posities verschillen. De rechtbank zag dat in 2009 anders. Volgens de rechters in Groningen is er wel degelijk sprake van een gezagsverhouding tussen begeleiders en beurspromovendi. Er zijn onmiskenbare elementen van toezicht, instructie, beoordeling en sancties, aldus de rechtbank. Het hof veegt in hoger beroep die elementen van tafel.

Vrijheid

Natuurlijk is het zo dat de afspraken in het promotieplan een werkdisciplinair karakter dragen. Het promotietraject moet binnen vier jaar zijn afgerond, lukt dat niet dan kan de opleiding worden beëindigd. En ja, de begeleider zal wel aanwijzingen geven. Maar dat maakt de rechtsverhouding nog niet anders dan die tussen de universiteit en een bachelor- of masterstudent, zegt het hof.

Verder hebben de promotiestudenten een zekere vrijheid in de keuze van het onderwerp van onderzoek, behouden ze het intellectuele eigendomsrecht van het proefschrift en zijn ze niet verplicht om onderwijs te geven. Daarnaast, zo zegt het Gerechtshof, zijn RUG en promotiestudenten een overeenkomst aangegaan met de intentie dat de promovendi worden opgeleid voor het doen van wetenschappelijk onderzoek en getraind worden in het vastleggen van de onderzoeksresultaten.

Verschillen

De vakbond probeerde nog aan te geven dat er weliswaar op papier verschil is tussen aio’s en promotiestudenten, maar dat dat in de praktijk heel anders uitpakt. Uit een enquête uit 2007 van promovendinetwerk Grasp (The Groningen Association for PhD students) – tegenwoordig GRIN – zou blijken dat 71 procent van de promotiestudenten betrokken is bij onderwijs en dat 74 procent aangeeft dat er wél sprake is van een gezagsverhouding: ze moeten zich afmelden bij ziekte of vakantie bijvoorbeeld. Het hof zegt echter niets met de gegevens te kunnen, omdat het een anoniem onderzoek was.

‘Het is alsof het hof zegt dat de vakbond z’n huiswerk niet goed heeft gedaan’, reageert Jan Blaauw, lid van de personeelsfractie in de universiteitsraad. ‘We hebben lang op de uitspraak gewacht. En als het hof nu concludeert dat de vakbond onvoldoende heeft bewezen dat het is zoals zij beweren, dan is dat zo. Maar ik ben wel benieuwd naar de reactie van de AbvaKabo. Hiermee wordt hun eerdere overwinning vernietigd. De universiteit zal opgelucht zijn.’

Strikt genomen klopt het misschien dat er geen gezagsverhouding is, zegt Blaauw. ‘Maar de praktijk is weerbarstiger. Veel promotiestudenten ervaren die weldegelijk.’

De advocaat van AbvaKabo kon nog niet reageren. Ze had de uitspraak nog niet gelezen. Het universiteitsbestuur is blij met de uitspraak. ‘De universiteit en universiteitenvereniging VSNU zijn zeer verheugd dat het verschil tussen bursaal en werknemer goed naar voren komt’, aldus woordvoerder Jos Speekman.

Politiek

Al jaren pleiten universiteiten voor het ‘bursalenstelsel’. Als promovendi in plaats van een salaris een studiebeurs krijgen, hoeft de universiteit geen werkgeversbelasting en pensioenkosten te vergoeden. Dat scheelt ongeveer een derde in de kosten.

Minister Jet Bussemaker kondigde enkele weken geleden aan dat ze het voor universiteiten mogelijk wilde maken dat promovendi geen salaris meer krijgen, maar een studiebeurs. Ze zag er na kritiek van de Raad van State voorlopig vanaf. Maar ze liet voor de universiteiten nog wel een mogelijkheid over. Ze mogen experimenteren met de beurspromovendi om de effecten van de invoering in kaart te brengen. De RUG heeft zich al aangemeld.

 

 

24-04-2013