Protonentherapie spaart gezond weefsel

Bestraling van kanker met protonen leidt tot minder schade aan gezond weefsel dan de gebruikelijke bestraling met fotonen. Patiënten hebben minder last van bijwerkingen, zoals problemen met slikken en een droge mond.

Dat blijkt uit het promotieonderzoek van Tara van de Water, bij het UMCG in opleiding als klinisch fysicus radiotherapie. Tumoren worden behandeld met stralingstherapie om tumorweefsel zo gericht mogelijk kapot te maken, terwijl het gezonde weefsel zo min mogelijk wordt beschadigd. Bij gewone radiotherapie gebeurt dat met elektromagnetische straling. Daarbij worden fotonen uitgezonden, kleine pakketjes straling met energie, maar zonder massa.

Fotonen geven juist de meeste energie af vlak onder de huid. De energieafgifte vermindert als ze dieper in het lichaam komen. Veel fotonen verlaten het lichaam zelfs zonder hun energie af te geven, ook fotonen die op de tumor zijn gericht.

Uit eerder onderzoek was al bekend dat bestralen met protonen ook een mogelijkheid is. Protonen zijn hele kleine, elektrisch geladen deeltjes die juist wel een massa hebben. Daarom hebben protonen een andere effect op het weefsel. Bestraling met protonen heeft als voordeel dat de protonen na binnendringen in het lichaam afremmen, op de gewenste plek in de tumor de meeste energie afgeven en daarna stoppen.

Van de Water onderzocht het verschil tussen beide methoden bij de behandeling van kanker in het hoofd-halsgebied. Daar zit de tumor vaak dichtbij gezonde weefsels, zoals de speekselklieren, het slikorgaan en het ruggenmerg. Minder straling door die kwetsbare weefsels betekent minder bijwerkingen voor de patiënten.

Kosten protonentherapie

Protonentherapie is nu nog niet beschikbaar in Nederland, maar het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wil dat in de toekomst mogelijk maken. Daarom heeft het UMCG al plannen om een protonenfaciliteit te bouwen. Als protonentherapie beschikbaar komt, wordt van patiënt tot patiënt bekeken of deze therapie voordelen heeft boven fotonentherapie aan de hand van de methode die Van de Water heeft gebruikt voor haar onderzoek.

Het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) is bezig met het opstellen van richtlijnen voor het invoeren van protonentherapie. Van de Water: ‘De richtlijn zal onder andere gebruik maken van vergelijkende studies, zoals die van mij. Daarmee kun je onderzoeken welke patiënten voor deze therapie in aanmerking komen. Het CVZ zal ook de kosteneffectiviteit onderzoeken. Protonentherapie is duurder dan fotonentherapie, maar als de behandeling minder bijeffecten oplevert, dan bespaar je op termijn medische zorgkosten.’

Voor meer informatie over de introductie van protonentherapie bij het UMCG en het verschil met fotonentherapie klik hier.

13 maart 2013

 

 

 

 

 

 

 

 

13-03-2013