Reorganisatie KVI gaat nu door

De personeelsfractie in de universiteitsraad is ‘schoorvoetend’ akkoord gegaan met het reorganisatieplan van het Kernfysisch Versneller Instituut (KVI).

Echt van harte ging het niet. Er waren twee schorsingen voor nodig en een lange discussie met het universiteitsbestuur over de levensvatbaarheid van het nieuw op te richten Center for Advanced Radiation Technology (CART) en de ontslagbedreiging die zeven medewerkers van het KVI boven het hoofd hangt. Maar uiteindelijk ging de personeelsfractie toch overstag.

Rood

Volgens de personeelsleden in de raad is de financiële basis van het reorganisatieplan ‘uiterst zwak’ en de toekomst van CART te onzeker. ‘Het gaat ons om de start van het instituut. CART staat de eerste twee jaar diep in het rood. Wat is het KVI de RUG waard? Stel dat het instituut na twee jaar niet uit de rode cijfers komt, zult u zich dan inzetten om het tekort aan te vullen?’, wilde personeelslid Jan Visser van het universiteitsbestuur weten.

Dat kon geen garanties geven. ‘Dingen gaan soms anders dan gepland. Dan zal het universiteitsbestuur altijd met het instituut kijken hoe we dit het beste kunnen oplossen. Dat kan door financieel bij te springen of op andere manieren. Op zo’n moment doen we dat, maar we leggen ons niet op voorhand vast’, reageerde collegevoorzitter Sibrand Poppema.

‘Er is geen toekomst zonder risico’s’, vulde universiteitsbestuurder Jan de Jeu aan. ‘Je kunt geen garantie geven dat de toekomst vol rozengeur en maneschijn zal zijn. Als de toekomst tegenvalt, zullen we dan moeten kijken hoe we moeten handelen.’

CART mag dan in het rood starten, volgens het universiteitsbestuur zijn er voldoende kansen dat het instituut in de toekomst voldoende geld kan binnenhalen. ‘Vandaar dat we optimistisch zijn over deze begroting. Deze mensen zijn daartoe wel degelijk in staat. Anders zouden we het niet doen’, aldus Poppema.

Ontslag

De personeelsfractie wilde vooral de zekerheid dat de zeven met ontslag bedreigde personeelsleden van het KVI niet op straat komen te staan. Het universiteitsbestuur gaf eerder al aan dat er  ‘in principe’ niemand met ontslag wordt bedreigd.

‘In principe, daar koop ik niets voor. Dat is zo open als het maar kan’, reageerde Visser. De fractie wilde zwart op wit zien dat de personeelsleden een nieuwe plek binnen de universiteit zouden vinden. Daarvoor wilden ze het besluit desnoods met een maand uitstellen. Maar dat liet het universiteitsbestuur niet toe.

‘De toezegging blijft staan dat er in principe geen gedwongen ontslagen zullen vallen en dat iedereen goed landt. Dat wil ik waarmaken’, zei De Jeu. ‘We doen ons uiterste best dat zij binnen deze instelling een nieuwe plek zullen vinden. Absoluut’, viel Poppema bij.

Die ‘positieve houding’ haalde de personeelsfractie over de streep. De partij is nu akkoord met het reorganisatieplan, onder de voorwaarde dat de financiële gezondheid van het instituut de komende jaren extra aandacht krijgt in de raad.

01-11-2013