RUG krijgt eerste ‘krimpprofessor’

Niet ondanks, maar juist dankzij de krimp is de RUG weer een hoogleraar rijker. Vanaf 1 september 2015 is Bettina Bock aangesteld als bijzonder hoogleraar Bevolkingsdaling en Leefbaarheid. Ze richt zich op de krimpgebieden en de toekomst ervan. ‘Niet alles is de schuld van de krimp.’

Met vier krimpgebieden in de drie noordelijke provincies is het een overbodige vraag waarom deze leerstoel in Groningen is gecreëerd. Waar in Nederland zijn de gevolgen beter te bestuderen dan hier? Maar Groningen biedt meer, vindt Bock. ‘Er wordt hier al veel onderzoek gedaan naar de krimpgebieden. Daarnaast zijn er veel initiatieven en is er een Kennisnetwerk Krimp opgezet.’

Een frisse blik

Hoewel Bock de eerste hoogleraar in Nederland is die zich specifiek op de krimp richt, betekent haar aanstelling niet het begin van onderzoek naar krimp. ‘Ik kom het bestaande versterken’, legt Bock uit. ‘En doordat ik een andere achtergrond heb, kijk ik er misschien met een frisse blik naar.’

Bock heeft een achtergrond in de sociologie en specialiseerde zich in de plattelandsontwikkeling en -vernieuwing. ‘Ik heb me niet specifiek beziggehouden met krimp in Nederland, zoals andere onderzoekers’, vertelt Bock. ‘In die zin hoorde ik tot nu toe niet bij de Nederlandse groep rondom krimp.’ Maar haar ervaring en netwerk, zowel in Nederland als daarbuiten, maken haar geschikt voor dit hoogleraarschap. Want het probleem van krimpgebieden beperkt zich niet tot Nederland. Ook in bijvoorbeeld Zuid-Europa en Scandinavië zijn krimpgebieden. ‘We kunnen veel van elkaar leren en ik hoop die brug te kunnen maken.’

Zorgbeleid

Daarnaast wil Bock graag een perspectiefwisseling maken. ‘Niet alles is de schuld van de krimp.’ Zoals de zorg die verdwijnt uit die gebieden, waardoor het bijvoorbeeld lastiger wordt om thuis te bevallen. ‘Dat is niet iets dat door de krimp komt, maar ook door het beleid dat er rond de zorg is. En dat heeft heel andere uitwerkingen op het platteland dan in de stad.’

Dat burgers uit de krimpgebieden daarom het heft zelf in handen nemen en allerlei initiatieven opzetten, is een onderdeel dat Bock aantrekt in het hoogleraarschap. ‘De zelfredzaamheid en weerbaarheid vind ik interessant.’

Maar wat Bock vooral met haar benoeming wil bereiken, is duidelijkheid over de richting die we op moeten met het platteland. ‘We bestempelen het als een probleemgebied. Maar we moeten kijken naar hoe we ermee om moeten gaan en wat we er in de toekomst mee willen.’

Het avontuur

Want alleen zoeken naar oplossingen werkt niet. ‘Er is natuurlijk wel een probleem, anders zouden we er geen vragen over stellen. Maar we moeten opener naar de toekomst kijken.’ En naast het zoeken van oplossingen, moet de krimp ook worden geaccepteerd. ‘Mensen willen nu eenmaal weg, dat zie ik ook bij mijn eigen kinderen. Die zijn opgegroeid in Wageningen, maar wilden daar niet studeren. Het avontuur is niet waar je bent opgegroeid, maar elders. En dus trek je weg.’

Door in breder perspectief naar de krimpgebieden te kijken, worden naast de dreigingen ook de kansen zichtbaar. ‘Zoals meer natuur en een rustiger gebied.’ Of de aanstelling van een hoogleraar.

08-09-2015