Zeventig eerstejaars storten zich op het onderwerp ‘De gemeente en haar burgers’, ingeleid door wethouder Jan Seton van Stadsbeheer, Duurzaamheid en Milieu. Ze mogen zich bezighouden met de participatie van de Stadjer bij het onderhoud van de eigen buurt.  Ofwel: samen perkjes schoffelen en heggen knippen. Niet alleen om te bezuinigen op gemeentewerkers, meent de wethouder: ‘De buurt moet een ontmoetingsplaats zijn voor de Stadjer. Aan jullie om uit te zoeken hoe burgers dit soort activiteiten willen vormgeven.’

De gemeente is dolblij met dit soort onderzoeken op het gebied van door haarzelf geformuleerde speerpunten. ‘Zelf komen wij  met ideeën, maar het onderzoek krijgt de vrije loop. Wij zitten namelijk een beetje in een cocon’, zegt Seton.

Mateloos interessant

Programma coördinator Hilde Steenbergen van sociologie benadrukt dat dit de wetenschappelijke objectiviteit niet beïnvloedt. ‘Burgerparticipatie, duurzaamheid: het zijn onderwerpen die voor sociologen mateloos interessant zijn’, zegt Steenbergen. ‘De opzet doen we zelf. Wij kiezen een onderwerp aan de hand van literatuur die beschikbaar is.’

De gemeente levert wel data via het Bureau Statistiek van de gemeente. Steenbergen: ‘De studenten meten nu in hoeverre burgers mee willen helpen aan het onderhoud van de wijk. Daarvoor krijgen ze een lijst met telefoonnummers.’

In mei worden de resultaten gepresenteerd in het stadhuis en wordt duidelijk in hoeverre Stadjers bereid zijn zelf het gemeentelijke perkje te onderhouden.