Studentenpartijen willen nieuwe voorzitter

De studentenpartijen in de universiteitsraad willen een nieuwe, externe voorzitter. Die moet ‘een schijn van partijdigheid en tunnelvisie voorkomen’.

Dat staat in een vertrouwelijke notitie die de partijen naar de raad hebben verstuurd. Ze vinden dat de hele structuur van het overlegorgaan moet veranderen. In plaats van een voorzitter die lid is van de personeelsfractie, moet er een externe, onafhankelijke voorzitter komen. Ook de vicevoorzitter, nu lid van één van de partijen, moet plaatsmaken. Iedere fractie wil graag iemand als plaatsvervangend voorzitter aanwijzen.

De nieuwe voorzitter moet jaarlijks beoordeeld worden door een commissie. ‘Zo kan worden voorkomen dat een voorzitter te lang aanblijft en hiermee een bepaalde kans op tunnelvisie ontwikkelt’, staat in het document. ‘Ook kan een schijn van partijdigheid gewekt worden door het wel of niet accepteren van interrupties, selectief parafraseren van sprekers of inrichtingen van stemmingen.’

Commentaar

Met het voorstel lijken de studentenpartijen rechtstreeks commentaar te geven op presidiumlid Hilly Mast, die nu voor het negende jaar het voorzitterschap vervult. Volgens Lijst STERK-voorzitter Leon Sloots is er continu sprake van belangenverstrengeling.

‘De taak die Hilly Mast vervult, is een lastige’, zegt hij. ‘Omdat ze als voorzitter tevens lid is van de personeelspartij, moet ze ook haar eigen mening laten horen tijdens stemmingen. Dit geeft een schijn van partijdigheid. Daarnaast kan ze stemmingen zo inrichten dat bepaalde opties aantrekkelijker lijken.’

Partijdigheid

Sloots vindt sowieso dat je van hele goeden huize moet komen om na negen jaar voorzitterschap géén tunnelvisie te ontwikkelen. ‘Dat is een vrijwel onmogelijke taak. Toch komt dit document niet voort uit onvrede over de huidige voorzitter, we willen deze nieuwe structuur vooral ook om een daadkrachtigere medezeggenschap te ontwikkelen.’

Volgens Bernadette van der Blij, fractievoorzitter van Lijst Calimero, hebben de studenten ‘een hele goede band’ met de voorzitter. ‘De schijn van partijdigheid heeft te maken met de functie die de voorzitter heeft in combinatie met haar lidmaatschap in de personeelspartij. Dat willen we graag veranderen. De voorzitter zou meer een soort secretariaat kunnen zijn, die de raad faciliteert zonder er zelf deel van uit te maken.’

Trucje

Volgens bronnen binnen de universiteitsraad komen de studentenpartijen echter om een heel andere reden met het voorstel. Als de verkiezingsuitslag er volgend jaar voor zorgt dat Calimero en SOG even groot zijn, moet een van beide partijen een vicevoorzitter voor het presidium opgeven. Daarmee verliest die partij een stem. En als er om die reden geen vicevoorzitter wordt aangesteld, is de voorzitter de enige die bij de vergadering met het college van bestuur is en de agenda samen kan stellen. Dat zou de voorzitter mogelijk teveel macht geven.

Als ‘trucje’ om die situatie te voorkomen, stellen de studentenpartijen in het document voor om vanuit elke fractie een plaatsvervangend voorzitter aan te wijzen. Zo zou het presidium in de nieuwe situatie niet uit twee maar uit zes personen bestaan, één voorzitter en vijf plaatsvervangende voorzitters, die allemaal aanwezig zijn bij de vergaderingen met het college van bestuur en allemaal invloed hebben op de agenda.

Politieke kleur

Mast maakt zich grote zorgen over het plan. ‘Ik zie dit niet als een persoonlijke aanval op mij. Als de raad ontevreden zou zijn over mijn functioneren, kunnen ze heel eenvoudig het vertrouwen in mij opzeggen. Maar dat hebben ze niet gedaan’, zegt ze.

Die ‘schijn van partijdigheid’ die in de notitie wordt behandeld, vindt Mast dan ook lastig te begrijpen. ‘Als voorzitter van de raad heb ik voornamelijk een technische taak, waar weinig plaats is voor partijdigheid. Als ik studenten parafraseer, vraag ik daarna altijd of het klopt en tijdens de debatten hebben we geen klok, dus kap ik mensen zelden af.’

Toch heeft zij ook een politieke kleur, zegt ze zelf. ‘Als voorzitter moet ik altijd strategisch zijn en ik wil graag weer gewoon kunnen zeggen wat ik ergens van vind.’ Daarom stelt ze zich volgend jaar niet opnieuw verkiesbaar voor het voorzitterschap. ‘Dat heeft niets te maken met deze notitie en ik vind het nog altijd prachtig werk, maar ik doe het nu negen jaar en het is mooi geweest. Voordat ik straks ben vergroeid met het pluche.’

‘Ik hoop niet dat het er komt’

Toch maakt ze zich grote zorgen over de toekomst van de universiteitsraad als dit plan er komt. ‘Ik hoop dat het er niet komt’, stelt Mast. ‘Dat heeft niets te maken met mij als persoon, maar ik vind dat een presidium met zóveel mensen betekent dat er simpelweg te veel mensen aan de knoppen zitten. En ik ben bang dat ze het kind met het badwater weggooien.’

Behalve dat maakt ze zich ook zorgen om de komst van een externe voorzitter. ‘Het moet iemand zijn die al een heel breed netwerk binnen de RUG heeft en die erg snel ingewerkt kan worden. In het plan wordt gesproken over een commissie die jaarlijks controleert of de voorzitter zijn werk nog goed doet, maar dat waarborgt de continuïteit niet. Ik werd destijds niet voor niets voor vijf jaar benoemd’, zegt Mast.

‘Het zou goed zijn om voor zo’n grote wijziging eerst even pas op de plaats te maken’, vindt Mast. ‘Dit gaat wel erg snel. Ik vraag me af of het daadkrachtig en efficiënt wordt, en voorzie moeilijkheden met het vinden van een geschikte externe voorzitter.’

‘Het College van Bestuur heeft me nadrukkelijk laten weten zich niet te gaan bemoeien met dit plan, het is een interne aangelegenheid van de Universiteitsraad’, zegt Mast. Omdat het om een wijziging van het reglement gaat, moet minimaal tweederde van de raad instemmen met het plan. Donderdag wordt er in de raad vergaderd over het plan. De personeelsfractie wil nog niet reageren op het voorstel van de studenten.

22-04-2015