‘Universiteiten moeten menselijk blijven’

Universiteiten mogen geen ‘leerfabrieken’ worden waar ‘arbeidskrachten van de lopende band rollen’. Het onderwijs moet vooral menselijk blijven. Dat staat in het rapport dat universiteitenvereniging VSNU donderdag publiceerde.


Het rapport is een toekomstvisie voor de komende tien jaar voor het universitair onderwijs. De visie is een weergave van discussies over de toekomststrategie die universiteiten in de afgelopen periode voerden met studenten, medewerkers en andere stakeholders. In het verslag draait het vooral om de ambities. De concrete plannen voor het verwezenlijken van die voornemens zijn nog in de maak.

De invoering van het nieuwe leenstelsel moet extra geld vrijmaken voor universiteiten en hogescholen. Hiermee willen universiteiten het onderwijs kleinschaliger en intensiever maken, vermeldt het rapport. Op deze manier moeten docenten meer tijd krijgen voor individueel contact met studenten.

Meer docenten

Omdat de werkdruk onder universitaire docenten op dit moment groot is, willen universiteiten van het geld meer docenten aanstellen. De bedoeling is dat er binnen universiteiten een ‘hoog ontwikkelde saamhorigheid van de universiteitsgemeenschap’ heerst en een daarbij horende ‘24/7 levendige dynamiek en toegankelijkheid’.

Ook internationalisering is een belangrijk punt in de toekomstvisie. ‘De culturele context en diversiteit moeten worden gebruikt om het onderwijs echt internationaal te maken’, staat in het rapport te lezen. Het gaat niet alleen om het gebruik van de Engelse taal, maar ook over de inrichting van het onderwijs: studenten moeten worden verzameld in een international classroom.

Steun van de overheid

Hoewel universiteiten binnen de huidige wet- en regelgeving genoeg ruimte zouden hebben om deze ambities grotendeels zelf te realiseren, is op een aantal punten ook de steun van de overheid nodig, meldt het rapport.

Zo zou de overheid kunnen helpen bij het terugdringen van de bureaucratie en kan ze zich terughoudender opstellen bij het maken van nieuwe prestatieafspraken. Ook verlangen universiteiten dat de overheid realistische financiële doelstellingen stelt.

Leenstelselgeld

Zo werd door de overheid voorgerekend dat er door de invoering van het leenstelsel 1 miljard euro aan investeringsmiddelen zou vrijkomen voor universiteiten. De universiteiten rekenen echter maar op zo’n 230 miljoen euro. Bovendien komt het geld geleidelijk vrij, waarbij de grootste piek pas over een kleine tien jaar zal volgen.

Niet alle universiteiten hebben overigens dezelfde toekomstwensen, daarvoor is de diversiteit tussen opleidingen, disciplines en ambities te groot. Naast de gezamenlijke toekomstvisie zal elke universiteit daarom ook zijn eigen, specifieke agenda blijven voeren, schrijft de VSNU in haar rapport.

16-06-2015