Vrijwilligers moeten Sont-project redden

Historicus Jan Willem Veluwenkamp van de RUG is op zoek naar tweehonderd vrijwilligers. Ze moeten hem helpen met het doorspitten van de Sont-tolregisters, want de mensen van de sociale werkplaats kunnen het niet meer.

1,8 miljoen schepen voeren er tussen 1497 en 1857 door de Sont, de zeeëngte tussen Denemarken en Zweden. Over de handelssnelweg van de Noordzee naar de Oostzee werd peper, haring of wijn vervoerd naar bijvoorbeeld Rusland. De schepen namen hout, graan of teer mee terug. De Deense koning ontving tol voor elke doorvaart en liet nauwkeurig noteren wie er passeerde, wat de kapitein in zijn ruim had en waar hij heenging.

De zevenhonderd dikke boekwerken die dat opleverde, zijn de natte droom van elke economisch historicus. Meer dan drie eeuwen aan gegevens over doorvaarten, handel en reisbestemmingen. Als je die nu toegankelijk kon maken. Alleen… er is zo véél.

Spaak gelopen

Veluwenkamp werkt al enkele jaren aan het ontsluiten van de boekwerken in het project Sonttol Registers Online, samen met het Friese historisch en letterkundig centrum Tresoar. Door omvangrijke subsidies van onder andere NWO kon hij het grotendeels uitbesteden aan  de sociale werkplaats in Nijmegen, waar werknemers de registers bekeken en de gegevens invoerden in een grote database. Maar dat is nu spaak gelopen, want de registers van voor 1633 zijn gewoonweg te moeilijk.

‘De bronnen worden gecompliceerder’, legt Veluwenkamp uit. ‘Er moeten dus meer gegevens ingevoerd worden. Maar ook het schrift is ouder en dus lastiger te lezen.’

Vrijwilligers

Veluwenkamp vestigt zijn hoop nu op vrijwilligers, om de ‘ongelooflijk rijke bron’ te ontsluiten. Tweehonderd heeft hij er nodig, denkt hij, om de klus voor de streefdatum van september 2017 te klaren. Een stuk of veertig vrijwilligers zijn al aan het werk.

‘Enorm verschillende mensen’, zegt de historicus. ‘Sommigen zijn gepensioneerd of bijna gepensioneerd. Maar er zijn ook jongeren die het erbij doen naast hun baan.’ Sommigen zijn zo fanatiek dat ze er twee of drie dagen in stoppen, maar een halve dag is ook goed. ‘We zijn overal blij mee.’

Clubjes

Een online cursus leert de vrijwilligers om te gaan met het lastige schrift. ‘Maar dat vergt wel wat doorzettingsvermogen.’ Vandaar dat hij ook instructiebijeenkomsten organiseert. ‘Dat ga ik binnenkort ook online doen.’

De vrijwilligers komen regelmatig samen in clubjes in Groningen, Leeuwarden en Amsterdam. ‘Dat is altijd reuze leuk en gezellig’, zegt hij. ‘Ach, het zijn liefhebbers, dus als je die bij elkaar zet, is er altijd wel wat te praten.’

Veluwenkamp zelf zegde twee jaar geleden de helft van zijn baan op om meer tijd in het project te stoppen. ‘En ik heb er geen moment spijt van gehad’, zegt hij. ‘De registers zijn zo ongelooflijk rijk in detail. Hoe meer je ontcijfert, hoe meer je gaat herkennen. Uiteindelijk is het bijna verslavend.’

Interesse? Meer informatie over het project vind je op de website van de Sonttol Registers Online

18-11-2015