Moraal

Een paar weken geleden kwam onze jongste thuis met zo’n gezicht waarop het huilen nader stond dan het lachen, dus informeerde ik of er misschien iets was. Hij verzekerde me van niet, waarna hij net iets te nadrukkelijk vroeg of zijn moeder ook thuis was. Ik zei dat ze weg was en pas over een paar uur verwacht kon worden. O, zei hij, en kroop achter zijn mobiele telefoon.

Hij lag al in bed toen zijn moeder thuiskwam, maar hij stond al gauw boven aan de trap en riep of ze even wilde komen. Het duurde een klein half uurtje voor mijn vrouw weer beneden kwam en me vertelde wat er aan de hand was. Hij had iets uitgespookt dat ook naar zijn eigen idee niet door de beugel kon. Hij was flink overstuur, maar mijn vrouw had hem gerustgesteld door hem te verzekeren dat het allemaal wel goed zou komen. Voor ze naar beneden ging, zei hij dat ze het wel aan mij mocht vertellen.

Mijn vrouw vond daarna dat ze wel een glas wijn verdiend had en ik grijp iedere gelegenheid om te drinken met beide handen aan. We keuvelden nog wat na, ik schonk nog eens bij en vond dat ze het goed opgelost had.

Maar eerlijk gezegd was ik wel een beetje beledigd dat hij mij niet in vertrouwen had genomen. Ik zie mij zelf graag als een betrokken vader, maar kennelijk net niet empathisch genoeg?

Ik troostte me dat het vroeger bij ons thuis precies zo ging. Mijn vader was allesbehalve een boeman, maar heikele kwesties werden eerst even bij onze moeder in de week gelegd. Voorzagen wij een vaderlijk nee, dan stuurden wij eerst aan op een moederlijk ja, in de hoop dat zij hem wist te vermurwen. Dat pakte meestal goed uit.

Het zal ook wel de reden zijn waarom in de Rooms Katholieke Kerk zoveel gewicht ligt op de rol van Maria. Zij weet voor de zonden van haar ‘kinderen’ ook altijd verzachtende omstandigheden aan te dragen bij het strenge manvolk van de kerk.

In de jaren zeventig was er in de psychologie een felle discussie over de afwezigheid van een vrouwelijk perspectief. Dat spitste zich toe op de benadering van de morele ontwikkeling, die volgens feministische psychologen veel te eenzijdig mannelijk – dat wil zeggen, rationeel en abstract – zou zijn. De gedachte was dat vrouwen door de zorgrol voor hun kinderen veel minder rechtlijnig en absoluut zijn in hun morele oordelen. Moeders zullen hun kroost niet snel afwijzen en de hand boven het hoofd houden. Kinderen voelen dat haarfijn aan en gaan bij twijfel over hun eigen handel en wandel eerst te rade bij hun moeder.

Een paar dagen later kwam zoonlief terug op het voorval en zei: ‘Weet je waarom ik jou niet altijd alles vertel?’ Dat wist ik natuurlijk niet. ‘Nou, omdat jij er dan later weer in een column over schrijft’, zei hij, meer constaterend dan verwijtend. Ik beloofde dat niet weer te doen.

Nu ben ik een beetje bang dat ik weer eens geen woord gehouden heb.

27-02-2015