RUG zegt niet wat een student kost

Wat kost een student? vroeg de Stichting Collectieve Actie Universiteiten (SCAU) aan de RUG. Dat lijkt een simpele vraag, maar de universiteit kan er geen antwoord op geven.

De SCAU ligt al jaren in de clinch met de universiteiten. In 2011 sleepte de groep rechtenstudenten uit Utrecht en Amsterdam acht universiteiten, waaronder de RUG, voor de rechter vanwege ‘buitenproportionele’ tarieven voor tweede studies. Sindsdien probeert de groep een zaak op te bouwen door informatie los te weken van de universiteiten.

Het laatste strijdpunt: het verzoek van de SCAU om een overzicht van de kostenopbouw van bepaalde studies. ‘Aanvankelijk weigerden de universiteiten ons verzoek om informatie. Een beroepszaak was nodig om de universiteitsbestuurders duidelijk te maken dat ze verplicht zijn tot openheid van zaken’, zegt voorzitter Marjosse Hiel.

Geen idee

De wet openbaarheid van bestuur moest eraan te pas komen. Uit de uiteindelijk vrijgegeven informatie concludeert de groep dat vier universiteiten, waaronder Maastricht, Utrecht, Amsterdam en Groningen, geen idee hebben hoeveel kosten ze per student maken en dat ook niet belangrijk vinden.

De RUG kan de vraag niet beantwoorden over hoeveel personeel moet worden ingezet om bepaalde opleidingen te geven, hoeveel uren dat in beslag neemt en hoeveel dat kost per student.

Het ligt anders

‘De RUG hanteert een zorgvuldige controlesystematiek, gebaseerd op de voorschriften en verplichtingen van het Ministerie van Onderwijs,die voldoet aan de wensen en eisen van de accountantsdienst’, reageert RUG-woordvoerder Gernant Deekens. ‘De vragen die de SCAU stelt gaan uit van een heel andere systematiek die op niet voldoet aan de manier waarop de RUG haar controle heeft ingericht. Het gaat ook veel verder  dan de regels  voorschrijven. Daarom kan de RUG op een aantal punten niet voldoen aan het verzoek van de SCAU en ziet ook geen aanleiding om dit wel te doen.’

‘Studenten de dupe’

De studenten van de SCAU zien het iets anders. Hiel: ‘Universiteiten vinden het niet belangrijk om deugdelijk te begroten met behulp van feitelijke informatie. Het verdelen van een grote zak onderwijsgeld ligt ze kennelijk beter. Studenten zijn de dupe van deze herverdelingshobby.’

Update:

‘Natuurlijk hebben we gekeken of we die gegevens bovenwater konden halen. Maar we hebben ze simpelweg niet voorhanden’, vertelt Aart Korten van Algemeen Bestuurlijke & Juridische Zaken van de RUG. ‘We weten wel ongeveer hoe het zit. We zien hoeveel geld er in een faculteit komt en hoeveel eruit gaat. Maar als je per student wilt uitrekenen wat de kosten zijn, dan wordt het heel ingewikkeld. Wat doe je dan met de kosten voor de portiers, huisvesting, de Universiteitsbibliotheek en ict-voorzieningen?’

Voor het berekenen van de tarieven voor het intstellingscollegegeld heeft de universiteit gewoon gekeken welke kosten er overblijven als de bekostiging van het Rijk wegvalt, zegt hij. ‘En dat is wat we vragen. We gaan niet bijhouden wat een krijtje meer of minder kost. Op zo’n niveau wil je niet rekenen. En wat wil je met die gegevens?’

Daarnaast vraagt Korten zich af of de studenten van SCAU wel bij de juiste personen klagen. ‘Ze bestoken ons met dagvaardingen. Je kunt er alles van vinden, die hogere kosten voor een tweede studie. Maar uiteindelijk heeft de regering besloten dat ze een tweede studie niet meer bekostigen, en voeren wij gewoon de wet uit.’

15-01-2014