• Academisch Leeuwarden

    Maak kennis met Friese kennismakers

    De RUG/Campus Fryslân krijgt steeds meer vorm, en de banden met de Friese kennisinstellingen Dairy Campus, Wetsus, Tresoar en de Fryske Akademy worden aangehaald. Maar wat die instellingen nou precies doen en wat ze studenten te bieden hebben, is niet voor iedereen even duidelijk.
    in het kort

    Vorige week verdedigde de eerste promovenda van de RUG/Campus Fryslân haar proefschrift. Dit vormde de aftrap voor een hechtere samenwerking tussen Friese kennis­instellingen en de RUG.

    De masters van de ‘elfde faculteit’ zullen nauw aansluiten op de Leeuwarder kennis­instellingen, zoals Wetsus, Dairy Campus, Tresoar en Fryske Akademy.

    Bij Wetsus lopen zo’n 150 onderzoekers rond die zich allemaal met water­behandeling bezighouden. Zo’n 40 procent is student.

    Wetsus heeft grootse ambities: ‘We willen doorbraaktechnologieën creëren.’ Er worden dan ook hoge eisen gesteld aan hun kandidaten.

    De Dairy Campus lijkt op een boerderij, maar in werkelijkheid ligt de focus er op onderzoek naar de dagelijkse aspecten van het boerenleven, het gedrag van vee en de emissie van koeien.

    Tresoar is een bibliotheek, museum, onderwijsruimte en archief in één. Met een huwelijks­akte van Rembrandt en een document dat gesigneerd is door Napoleon, is het gebouw een walhalla voor geschiedenisstudenten.

    Bij de Fryske Akademy richten zeventig mede­werkers zich op onderzoek naar de Friese taal, cultuur en geschiedenis. Maar er vinden ook onderzoeks­projecten plaats die de provinciegrenzen overstijgen.

    volledige versie

    Leestijd: 9 minuten (1555 woorden)

    Afgelopen vrijdag mocht scheikundige Anna Casadellà als eerste promovenda van de Campus Fryslân haar proefschrift verdedigen. ‘Het is een hele eer’, zegt Casadellà. ‘Maar er staat ook wel druk op omdat er zoveel belangstelling voor is.’

    Deze promotie is het begin van een hechtere samenwerking tussen de Friese kennisinstellingen en de RUG. Een goede ontwikkeling, denkt Casadellà, die zelf bij Wetsus haar onderzoek uitvoerde. ‘Door samenwerking kon ik de kennis en de instrumenten van beide instellingen gebruiken’, vertelt ze. ‘Dat heeft me zeker geholpen.’

    Om de samenwerking te versterken, sluiten de masters van de elfde faculteit aan op de kennisinstellingen in Leeuwarden. Maar wat doen die kennisinstellingen eigenlijk? De UK ging bij ze op bezoek en zocht het uit.

    Wetsus

    Als je wel eens met de trein naar Leeuwarden bent gereisd, is het gebouw van Wetsus je ongetwijfeld opgevallen. Door de bijzondere architectuur lijkt het net of het gebouw op en neer golft. Toepasselijk, omdat ze binnen het gebouw veel met water werken.

    Er lopen ongeveer 150 onderzoekers rond in het gebouw, die zich allemaal bezighouden met waterbehandeling. Volgens Johannes Boonstra, lid van de Raad van Bestuur, heeft Wetsus daarmee de hoogste concentratie wetenschappers in Leeuwarden. Een groot deel van deze medewerkers is student: 25 studenten die hun afstudeerproject bij Wetsus uitvoeren en 38 studenten die de master watertechnologie volgen. Deze master is in 2008 gestart in samenwerking met de Universiteit Twente, de Universiteit van Wageningen en de RUG. Inmiddels is het een joint degree en trekt het procestechnologen, chemisch technologen, biotechnologen en microbiologen van alle universiteiten naar Leeuwarden.

    De ambities bij Wetsus zijn groots. ‘We zijn niet geïnteresseerd in het verbeteren van de huidige technieken’, vertelt Boonstra. ‘We willen doorbraaktechnologieën creëren.’ Dat is ook de reden dat ze hoge eisen stellen aan hun werknemers. Als ze geen geschikte kandidaat vinden voor een PhD-project, stellen ze het gewoon een jaartje uit. Deze strategie heeft inmiddels geleid tot veel nieuwe inzichten en een aantal spin-offs. Een goed voorbeeld hiervan zijn de ontwikkelingen op het gebied van blue energy. In samenwerking met onder andere Fujifilm heeft Wetsus membranen ontwikkeld die energie kunnen opwekken uit water. Die membranen worden momenteel getest op de Afsluitdijk.

    Boonstra ziet deze doorbraken als resultaat van intensieve samenwerking tussen verschillende vakgebieden. ‘Er werken hier zestig PhD’s die aan 55 hoogleraren zijn verbonden. Al deze onderzoekers werken samen en dat zorgt voor nieuwe creativiteit.’ Daarnaast werkt Wetsus samen met 105 bedrijven, die ideeën mogen aandragen voor nieuw onderzoek in ruil voor financiële steun. ‘Door deze samenwerking kunnen we de technologie die we ontwikkelen makkelijker op de markt brengen’, vertelt Boonstra. ‘We doen gewoon erg relevant onderzoek.’

    Dairy Campus

    Op het eerste gezicht lijkt de Dairy Campus een doodnormale boerderij. Het ligt buiten de stad, je moet een stuk door niemandsland fietsen om er te komen en er lopen een paar honderd koeien rond. Toch is het geen echte boerderij, want op de Dairy Campus ligt de focus op onderzoek. De campus is opgericht door de Wageningen Universiteit in samenwerking met verschillende grote bedrijven, zoals Friesland Campina en LTO Nederland. ‘Het is een proeftuin waar ondernemers, onderzoekers en onderwijs samenkomen’, legt communicatiemedewerker Nelleke Meindertsma uit. ‘Samen doen ze onderzoek op allerlei vakgebieden.’

    Dit onderzoek richt zich vanzelfsprekend op de dagelijkse aspecten van het boerenleven, zoals de kwaliteit van het veevoer en hoe je een optimale melkopbrengst krijgt. Daarnaast kijken de onderzoekers naar dingen die je misschien niet meteen verwacht. ‘We hebben hier gedragsonderzoekers die kijken hoe de koeien zich in de groep gedragen’, vertelt Meindertsma. ‘Maar ook milieukundigen die de emissie van de koeien meten.’

    In mei worden er drie nieuwe stallen geopend die het onderzoek nog makkelijker moeten maken. Overal hangen sensoren, zodat de wetenschappers de koeien individueel kunnen volgen via een tracker in hun halsband. De nieuwe milieustal is uitgerust met drie verschillende vloeren die de uitwerpselen van de koeien allemaal op een andere manier verwerken. ‘Als het nodig is, vervangen we die vloeren binnen een paar maanden weer om iets nieuws uit te proberen’, zegt Meindertsma. De campus is dus flexibel ingericht om alle soorten onderzoek te ondersteunen.

    Al dit onderzoek wordt vooral uitgevoerd door hbo’ers van Van Hall Larenstein en onderzoekers en studenten uit Wageningen. Door de samenwerking met RUG/Campus Fryslân verwacht de Dairy Campus dat ook Groningse studenten naar Leeuwarden zullen komen. ‘En niet alleen mensen die het boerenleven in willen’, benadrukt Meindertsma. ‘We ontvangen ook graag bodemonderzoekers, managers, gedragsonderzoekers, milieukundigen of andere geïnteresseerden.’

    Tresoar

    Het gebouw van Tresoar is een bibliotheek, museum, onderwijsruimte en archief in één. Er lopen dan ook veel verschillende mensen rond. Aan de ene kant van de ruimte zitten studenten achter hun laptop te studeren, terwijl aan de andere kant senioren oude bevolkingsregisters bekijken. Die variëteit zie je ook terug in het werk dat Tresoar verzamelt. ‘We verzamelen particuliere archieven van bijvoorbeeld overleden Friese schrijvers’, vertelt collectievormer Inge Heslinga. ‘Maar we hebben ook het archief van de waddenvereniging en het keramiekmuseum.’

    Al deze collecties hebben wel wat gemeen: ze hebben iets met Friesland te maken. Tresoar is dan ook hét depot voor Friestalige literatuur. Maar dat betekent niet dat ze alleen Friestalige stukken verzamelen. Heslinga: ‘We werken volgens het concept ‘Friesland in context’. Dus alles wat met Friesland te maken heeft, komt hier terecht.’

    Naast het verzamelen van nieuwe stukken werkt Heslinga ook aan het opzetten van een e-depot in samenwerking met het Nationale Archief. ‘Het archief is van iedereen, dus we willen ook dat iedereen erin kan kijken.’ Veel van de projecten bij Tresoar hebben te maken met digitalisering. Zo werken ze samen met Groningse onderzoekers aan het digitaliseren van oude landkaarten, zodat ze er nieuwe kaarten overheen kunnen projecteren. Daarnaast willen ze hun website met informatie over Friese personen graag koppelen aan Wikipedia om deze makkelijker beschikbaar te maken, en hebben ze een genealogiewebsite waar je je Friese roots kunt ontdekken.

    Al die pogingen om het archief te digitaliseren nemen niet weg dat er in het depot nog voldoende mooie dingen te vinden zijn. De huwelijksakte van Rembrandt, een verzameling portretten van Friese kunstenaars en zelfs een akte ondertekend door Napoleon, compleet met zegel. Het oudste werk in het depot, het boek De Attische Nachten uit 836, ligt zelfs in een kluis – maar gek genoeg hangt de sleutel gewoon naast de deur. Voor de gemiddelde geschiedenisstudent zou dit een hele mooie plek zijn om een paar dagen rond te struinen.

    Fryske Akademy

    Dat de Friese bevolking de Fryske Akademy in haar hart gesloten heeft, blijkt alleen al uit het feit dat de instelling het Coulonhûs, een monumentaal pand vlakbij de scheve Oldehovetoren, cadeau heeft gekregen. En hoewel er achter dit pand inmiddels een nieuw en modern gebouw staat waar de meeste medewerkers zitten, blijft het oude bouwwerk dienstdoen als vergader- en kantoorruimte.

    Het geeft maar weer aan dat de Fryske Akademy een initiatief is van het Friese volk. Bij de oprichting was het idee dat de Akademy de Friese versie van de KNAW moest worden, maar dat bleek uiteindelijk niet haalbaar. Dus richten de huidige zeventig medewerkers zich op het onderzoek naar de Friese taal, cultuur en geschiedenis. ‘Om hier te komen werken moet je wel iets met Friesland hebben’, vertelt communicatiemedewerker Richard de Boer.

    Toch kijken ze op de Akademy echt niet alleen naar Friesland. Zo werkt historicus Hans Mol aan HisGis, een project waarbij ze kadasterdata en gegevens uit bevolkingsregisters in een geografisch informatiesysteem stoppen. Je kunt zo op elk adres precies zien wie er zeventig jaar terug woonde, wat zijn of haar burgerlijke staat was en zelfs welke religie deze persoon had. ‘We zijn nu bezig om dit project uit te breiden naar andere steden en provincies’, vertelt Mol. ‘Amsterdam is bijvoorbeeld al helemaal in kaart gebracht.’ En ook het archeologisch onderzoek stopt natuurlijk niet bij de grens van de provincie.

    Verder doen ze op de Akademy veel onderzoek naar meertaligheid. ‘Wij geven hier al decennia drietalig onderwijs’, zegt taalkundige Hans van de Velde. ‘Dat is een unieke situatie, dus dat willen we grondig onderzoeken.’ Daarbij kijken ze ook naar eventuele toepassingen als vertaalcomputers voor de zorg. De nieuwe master multilingualism zal hier wellicht aan bijdragen. ‘Als je een plek hebt waar je samen kunt komen, versterkt dat interdisciplinair onderzoek. En wij willen graag samenwerken om kennis te delen.’

    De nieuwe faculteit

    De eerste masteropleidingen van de RUG/Campus Fryslân krijgen een sterke link met de kennisinstellingen. Zo zal de master watertechnologie veel samenwerken met Wetsus en kom je met de master multilingualism vaak bij Tresoar en de Fryske Akademy. Eventuele toepassingen uit de master environmental & energy management zou je kunnen testen op de Dairy Campus. Daarnaast biedt de nieuwe faculteit in eerste instantie ook nog de master high-tech systems & materials aan.

    De RUG/Campus Fryslân wil het masteraanbod in de komende jaren nog uitbreiden met onder andere governance & security en tourism & geography. In een later stadium hopen ze ook nog opleidingen als game technology en dairy & global food challenge toe te voegen. Die laatste master biedt weer mogelijkheden tot samenwerking met de Dairy Campus.